Jacobs worsteling
![]() In de morgendienst gaat dhr. Verwijs voor: Zondagmorgen denken we na over de derde ontmoeting tussen God en Jakob. Een heel andere ontmoeting dan we in de eerste twee ontmoetingen zagen. Er strijdt een man met Jakob. Uiteindelijk is het een Man met een hoofdletter. We zien Jakob worstelen en hij zou van de Man nog winnen ook. Dat pakt anders uit. Jakob schreeuwt het uit, Ik laat U niet gaan, tenzij U mij zegent. En Hij zegende hem daar. In de strijd die Jakob voert, weet hij het van zichzelf: Ik heb de zegen van Ezau gestolen en nu op de grens van het land Kanaän kan hij niet verder. Hij worstelt. Ook wij kennen de worsteling in het leven. Maar roepen we het dan ook uit: Zegen mij, Zegen mij. Ik kan niet verder. En Hij zegende Hem. De geschiedenis die we lezen is zeer uitgebreid. Zondagmorgen proberen we er mee aan de slag te gaan. Gezegende dienst! | ||
terug | ||